Het transport beveiligingsbedrijf van de familie Wu staat in de regio bekend als de beste die er is. Helaas betekend deze roem niet dat ze onschendbaar zijn. Tijdens een opdracht worden ze overvallen en iedereen inclusief hun leider, Wu Chiu (Chan Wei Man) vindt de dood. Zijn lichaam wordt onder een van de koetsen gevonden en zijn hoofd is onherkenbaar verminkt. Zijn zus (Hsu Feng) identificeert het lichaam door middel van zijn persoonlijk bezittingen en hij wordt begraven. Dit betekend alleen nog niet het einde van deze vreselijke gebeurtenis. Er volgt een golf van vergelijkbare overvallen en niets van waarde is dus nog veilig. Toch besluit de jongere zus van Wu Chiu het bedrijf voort te zetten. Dit doet ze natuurlijk ook omdat ze wraak wil op de moordenaar van haar broer en om de overvallen te stoppen. Ze neemt een opdracht aan van een rijke man om een waardevolle schat naar de andere kant van de provincie te brengen. Samen met Lung Shih (Wong Chung) gaat ze op pad. Na een dag gereden te hebben zoeken ze onderdak voor de nacht in een herberg. Bij binnenkomst is er duidelijk te voelen dat er iets staat te gebeuren, maar toch blijven ze. Maar zodra mevrouw Wu heel even alleen is met de schat wordt ze op brutale wijze beroofd. Er ontstaat een nogal rumoerige situatie in de herberg waarbij iedereen op eens elkaar te lijf gaat. Deze situatie heeft toch nog wel zijn voordelen. Op deze manier ontdekt mevrouw Wu al snel wie er aan haar kant staat. Helaas slagen ze er niet in de dief te vangen. Bij terugkomst in de herberg wacht er alleen een vreemde verassing. De gestolen goederen zijn weer terug gebracht zonder ook maar een spoor van de dader. Met wat hulp van Tung Feng (Danny Lee) en een mysterieuze man (Tan Tao Liang) zetten ze hun dubbele missie voort.

Absoluut een film met een bijzonder opvallende cast. Een groot aantal acteurs die voor de Shaw brothers werkte worden aangevuld door andere bekende acteurs. De beeld schone Hsu Feng speelt het belangrijkste personage in de film, maar echt een hoofdrol is het niet te noemen. Het draait eigenlijk om een groot aantal personages die met zijn allen in een groot avontuur rollen. De stijl van het verhaal is te plaatsen in het Wu Xia genre. Maar de personages en wat de film uitstraalt is eigenlijk meer een gewone kung fu film. Geen extreme dingen of vreemden snuiters dus, maar natuurlijk wel de bekende plot wisselingen. Regisseur Pao Hsieh Li weet het verhaal op leuke wijze te visualiseren. De beelden zijn creatief en de muziek goed gekozen. Het laatste voegt aardig toe aan de opbouw van de spanning in bepaalde scènes. Vooral de herberg scène bouwt erg goed op en de spanning is dus ook duidelijk te voelen. Dit soort momenten behoren altijd tot de betere uit het kung fu film genre. Verschillende vechters in een ruimte met allemaal een ander doel, maar een ding is dan wel zeker herrie komt er. Op dit vlak dus niets dan lof voor regisseur Pao Hsieh Li. Alleen laat hij in de ontwikkeling van de karakters wel wat puntjes liggen. Bij de opening van de film wordt iedereen prachtig geïntroduceerd in een demonstratie van hun stijl. Dit is allemaal dik in orde maar diepgang krijgt geen van hen. Het duurt dus ook erg lang voordat je een beetje door krijgt aan welke kant van het verhaal ze staan. Dit zou natuurlijk deel van het mysterie van het verhaal kunnen zijn. Als dit de bedoeling was pakt het alleen niet super positief uit. Er ontstaat dus niet echt een emotionele band tussen de kijker en de personages. Nu is dit ook niet echt essentieel in een kung fu film, maar iets meer was best welkom geweest. De locaties waar gefilmd is zijn dik in orde. Alles speelt zich buiten af en we krijgen dus ook veel bos en een tamelijk sombere omgeving te zien. De kracht van de film zit toch wel in de gevechten. Natuurlijk is het Tan Tao Liang die de show steelt met zijn geweldige been technieken. Hij is even krachtig en precies als altijd maar had wat meer mogen vechten. Chan Wai man ziet er super bruut uit met zijn tatoeages. Zijn manier van vechten past perfect bij zijn uiterlijk en is dus ook grof en meedogenloos. Zowel Danny Lee als Wong Chung laten leuke dingen zien. Dit valt helemaal op als je bedenkt dat ze niet echt kung fu experts zijn en eigenlijk meer als actie / drama acteur bekend staan. Een andere leukere rol is weggelegd voor Wu Ma. Deze doorgewinterde veteraan speelt een licht komische rol. Een vreemde herbergier met twee staartjes op zijn hoofd. Zijn herberg is tevens een weeshuis voor jongens. Hij voedt ze op, leert ze kung fu en acrobatiek en geeft ze tevens werk. Dit is bijna het enige stukje humor wat er in de film zit en verder is het dus allemaal erg serieus. Was het zo geweest dat de karakters meer diepgang hadden dan was ‘Eight escorts’ absoluut een topper geweest. Nu wordt het een gemiddelde film die zeker de moeite waard is voor de gevechten maar niet continue weet te boeien. Wel wordt de identiteit van de dief behoorlijk lang goed verborgen gehouden. Vaak wordt dit in het eerste half uur al weggegeven en zit daarna een uur te wachten op iets dat je al weet. Gelukkig is dit hier niet het geval.

Copyright kungfufilms.nl (2005)