Als Chee Kao (John Liu) nog geen jaar oud
is gebeurt er iets vreselijks. Zijn vader word belaagd door een kung fu
meester (Chang Ching). Het gevecht gaat om een boek met een geheime kung
fu stijl. Als de moeder van Chee Kao ziet dat haar man aan de
verliezende hand is besluit ze in te grijpen. Ze overhandigt het boek en
hoopt hiermee levens te redden. Maar voor de aanvaller is dit niet
genoeg. Zonder pardon randt hij de vrouw aan nadat hij eerst haar man
doodt. In haar eer gekrenkt pleegt de vrouw zelfmoord. Dit laat de jonge
Chee Kao alleen achter in de handen van Ah Chung (Hoi Siu), de knecht.
Jaren gaan er voorbij en Ah Chung zorgt voor de jongen alsof het zijn
eigen zoon is. Samen trekken ze het land rond met maar een echt doel,
kung fu leren en wraak nemen. Met wat geluk vinden ze in Yen (Kwan Young
Moon) een meester. Eigenlijk werd Yen ingehuurd om de zoon te trainen
van een rijke zakenman. Maar deze jongen is te lui en te dom om te
leren. Om dat Yen zijn tijd niet wilde verdoen besluit hij Chee Kao dan
maar les te geven. Hij leert hem alle belangrijke trappen die hij moet
weten. Maar als de zakenman er achter komt dat zijn zoon niets leert is
hij woedend. Chee Kao wordt weggestuurd en Yen verplicht om te blijven.
Er zit niets anders op dan verder te trekken. Toch heeft Chee Kao toch
wat moeite met het zoeken naar een nieuwe meester. De traditie verbiedt
hem een nieuwe leraar te nemen. Toch accepteert hij lessen van twee kung
fu meesters. Hij regelt het alleen zo dat hij ze geen meester hoeft te
noemen. Op deze manier kan hij zich toch optimaal voorbereiden op zijn
belangrijke wraak missie. Er is alleen een klein probleempje: hij heeft
nog steeds geen idee waar de man die hij moet hebben zich bevindt.
Tegen een rode achtergrond begint 'fighting
ace' met een demonstratie van John Liu zijn kunnen. Hij laat zijn
bekende scala aan trappen zien en een beperkt aantal handtechnieken. Op
zich bijzonder spectaculair natuurlijk. Maar als Kwan Young Moon daarna
het scherm krijgt valt John Liu helemaal in het niets. Deze Koreaan is
veel krachtiger en heeft veel meer technieken in huis. Beide focussen
zich hoofdzakelijk op de benen maar het verschil is duidelijk zichtbaar.
Als laatste is het de beurt aan de schurk van het verhaal, Chang Ching.
De minste vechter van het drietal maar door zijn massieve uitstraling
wel indrukwekkend. Daarna gaan John Liu en Kwan Young Moon samen Chang
Ching nog even te lijf en dat was dan de intro. Bijzonder spectaculair
allemaal en dat belooft wat voor de verdere film. Alleen om dan direct
na zo'n intro weer een gevecht te plakken is misschien niet helemaal
verstandig. Een rustpuntje was toch wel erg welkom geweest om het geheel
boeiend te houden. Hier blijkt dus ook al meteen dat 'Fighting ace' geen
hoogvlieger qua regie en tempo gaat worden. Echt veel verhaal is er ook
niet te ontdekken. Maar wraak blijft altijd een goede basis voor een
kung fu film. Hiermee kan natuurlijk een heleboel worden gedaan. We
krijgen dus ook veel gevechten en trainingen te zien. De laatste zijn
alleen vrij standaard. Geen bizarre capriolen maar gewoon demonstraties
van technieken. Vrij droog dus maar wat dit interessant maakt is het
personage van Wu Ma. Hij speelt een oude man die een nogal aparte stijl
beoefent. Hij vecht namelijk zonder dat hij anderen laat weten dat hij
vecht. Simpel gezegd laat hij zich dus in elkaar slaan maar deelt
ondertussen rake klappen uit. Deze stijl leert John Liu ook. Helaas doet
hij er na het leren niets meer mee. De stijl komt dus terug in het
eindgevecht. En dat is toch eigenlijk waar de trainingen voor dienen. En
er zijn meer zaken die hieraan leiden in 'Fighting ace'. Kwan Young Moon
zijn rol had veel groter kunnen zijn. De intro doet namelijk heel erg
vermoeden dat hij nog terug komt voor het eindgevecht. Als je er over
nadenkt is dit geen vreemde keuze geweest. Kwan Young Moon had namelijk
de gehele film van John Liu afgenomen. Muzikaal wordt de film
ondersteund door de zelfde muziek als 'Secret rivals' (Ennio Morricone's
'La resa dei conti'). Dit wekt toch altijd weer bepaalde gevoelens op en
laat de adrenaline stromen. Wat aankleding betreft mag de film er best
wezen. Alles komt goed verzorgd en compleet over en haalt de standaard
voor een kung fu film. Humor is natuurlijk ook een onmiskenbaar
ingrediënt. Niet altijd even welkom en het pad wat hier gekozen wordt is
redelijk vaak bewandeld. Niet grappig dus en tenenkrommend flauw. Maar
gelukkig betreft dit alleen het begin van de film. Later verdwijnen de
grappen steeds meer naar de achtergrond. Wang Tai Lang blijft namelijk
voor een komische noot door de gehele film zorgen. Maar dit is zo
minimaal dat het niet storend is. Tevens is hij een erg goed acrobaat en
hierdoor is het ook een stuk makkelijker te verwerken. Zoals uit de
intro al bleek is er met de gevechten niets mis. De choreografie zit
goed in elkaar en er is voldoende variatie. Het is echter de regie van
Chang Cher Ting die het geheel nogal monotoon maakt. De film kent totaal
geen pieken en dalen en dit maakt het kijken nogal saai. Dit is erg
jammer want er was zeker meer uit te halen.
Copyright
kungfufilms.nl (2006) |