Manchuria 1940, aan boord van een trein
vervoert een Japanse afgevaardigde een belangrijke kaart. Deze kaart
moet afgeleverd worden bij een van zijn agenten in China. Alleen de
Japanse generaal die de kaart verstuurde had deze liever voor zichzelf.
Daarom stuurde hij een premiejager (Byung-hun Lee) achter de kaart aan.
Op deze manier zullen de rijkdommen van de kaart voor hem zijn. Helaas
wordt de kaart gestolen door een nogal wazige treinrover (Kang-ho Song).
Niet iets wat makkelijk ging want er waren maar liefs drie partijen
betrokken bij de overval. Naast de treinovervaller en de premiejager is
er namelijk nog een derde man (Jung Woo-sung) aanwezig. De bestorming
van de trein is een enorme chaos. Uiteindelijk weet de treinovervaller
weg te komen met de buit en de mysterieuze kaart, de premiejager balend
op de trein achterlatend met een onbekende man schietend in zijn
kielzog. De achtervolging gaat nog lange tijd door tot de treinrover
zich los weet te maken. Hij begeeft zich naar zijn verblijfsplaats om te
besluiten wat hij verder zal gaan doen. Na vertaling van de kaart is het
voor hem duidelijk en hij besluit zelf achter de schat aan te gaan.
Hierbij heeft hij al snel de premiejager en de onbekende man achter zich
aan. Maar dat zijn niet de enigen. Het Japanse leger en een groep
Chinese bandieten hebben het ook op de kaart gemunt. Voor de treinrover
is het nu nergens meer veilig en het enige wat hij kan doen is leven als
opgejaagd wild. De titel
probeert niet te verhullen dat de western 'The good, the bad and the
ugly' uit 1966 een belangrijke inspiratiebron was. Een nogal apart idee,
maar niet iets wat compleet onuitvoerbaar zou moeten zijn. Er zouden wat
aanpassingen gedaan moeten worden zoals bijvoorbeeld de pistolen
vervangen door zwaarden en martial arts. Grappig genoeg is dit niet
gedaan. Hierdoor ontstaat er een heel aparte film die onmiddellijk de
nieuwsgierigheid opwekt. Want hoe ga je die typische western sfeer voor
elkaar krijgen in de Oriënt.
Grappig genoeg lukt het regisseur
Ji-woon Kim dit op vrij eenvoudige manier. Hij neemt wat paarden, een
woestijn, geweren, een trein en een paar ondefinieerbare dorpjes.
Hierbij kleedt hij zijn personages op een manier zodat het aan cowboys
doet denken en het resultaat is daar. Als extra toevoeging slaat hij ook
nog een richting in die een beetje doet denken aan 'Mad Max'. Dit komt
vooral door de dorpen en het gebruik van auto's en motoren. Alles ziet
er namelijk oud en stoffig uit en het doet allemaal wat losgeslagen aan.
Verder blijft hij redelijk trouw aan de Aziatische stijl. Toch blijft
het een rare mengeling die verrassend genoeg prima werkt. De balans
tussen dit alles wordt goed gehouden en de hele vormgeving en stijl van
de films is dus ook prima geslaagd.
Op de typerende Koreaanse manier
wordt er ruim de tijd genomen om alles duidelijk in beeld te brengen.
Dit resulteert in prachtige shots van de woestijn en maffe dorpjes en
woningen die zich er in bevinden. De camera bewegingen zijn erg
dynamisch zonder chaotisch te worden. De combinatie van het trage en het
dynamische is dus ook goed gekozen. De keerzijde is echter wel dat het
tempo aan de lage kant is. Een groot probleem is dit niet te noemen. Het
heeft namelijk een bijzonder positieve uitwerking op de spanning. Ook
het vraagstuk over wat er nu precies gaande is wordt hierdoor versterkt.
Maar helaas werkt het niet overal even goed. Het wisselen van de scènes
gebeurt bijna allemaal met een fade out. Dit gaat onnodig langzaam en
begint op de helft van de film irritant te worden. Ook het einde van de
film lijkt niet op te houden. Jammer want dit had met nog geen minuut
minder beter geweest. Op een gegeven moment heb je al het zand namelijk
wel gezien. De film hierop afkeuren zou overdreven zijn maar het zijn
wel zaken die opvallen.
De personages vormen een belangrijk
onderdeel van het geheel. Er is veel aandacht besteed aan de
ontwikkeling hiervan. Alles is goed bij elkaar gezocht en maakt een
perfecte combinatie. Een psychopaat, een serieus iemand en iemand die
niet serieus te nemen lijkt. Stuk voor stuk zijn ze moeilijk te
doorgronden. Maar naarmate de film vordert valt alles netjes op zijn
plaats. Om het drietal aan te vullen zijn er nog allerlei karakters
bijgehaald. Allemaal met een knipoog en verdeeld in groepjes. Zo krijgen
we het aan de stok met het Japanse leger, een groep Chinese boeven en
een bende van de zwarte markt. Ondanks dat het goed doordacht is kunnen
we niemand in de film echt serieus nemen. Allemaal hebben ze wel wat
geks en op subtiele wijze wordt de ene flauwe situatie na de andere
voorgeschoteld. Vooral om Kang-ho Song valt veel te lachen. Zijn acties
zijn oerstom en dit zorgt voor hilarische momenten.
Op naadloze wijze worden de trage
beelden van de woestijn vermengd met dialogen en actie. Zo rollen we dus
zonder moeite van uit het niets actie scènes in die doen denken aan de
betere dagen van John Woo. Het realisme is ver te zoeken maar alles is
hier tot in de perfectie uitgedacht. Het gaat hoofdzakelijk om
schietpartijen. Alles wat in de omgeving is wordt gebruikt. De schutters
vliegen met het gebruik van alles en nog wat zonder problemen door de
lucht. Tijdens hun vlucht lukt het ze ook nog om hun doelwit met
precisie te raken. Dit levert een bijzonder vermakelijk resultaat op.
Maar naast het schieten spelen achtervolgingen een belangrijke rol. De
film zit hier tjokvol mee en telkens weer zit iedereen elkaar achterna.
Dit wil nog wel eens over de top gaan. Het realisme is dan echt ver te
zoeken maar de entertainment waarde schiet omhoog. De actie in de film
is dus ook van hoog niveau en op de juiste wijze neergezet.
Het enige punt waar wat meer
creativiteit op zijn plek geweest was is op het muzikale vlak. Dit
springt er niet echt uit. Er zit wel een moment in wat goed gekozen
lijkt. Het is alleen wat jammer dat dit de instrumentale versie is van
Don't Let Me Be Misunderstood van Santa Esmeralda, een nummer wat ook al
in 'Kill Bill' gebruikt werd. Niet echt origineel dus.
'The good, the bad,
the wierd' is een maffe combinatie van cowboys en Aziatische vermaak.
Dit werkt verrassend goed en resulteert in bijzondere actie film. Het
tempo is traag maar hier tegenover staan bijzonder mooie beelden en goed
uitgewerkte personages. Zonder problemen wordt melige humor door het
geheel heen gegooid. Één keer kijken is absoluut niet genoeg om alle
details mee te krijgen. Dit alles maakt dat deze Koreaanse productie
behoort tot de betere films van 2008 en het is dus ook zeker aan te
raden deze film te gaan zien.
Copyright
kungfufilms.nl (2009) |