De dag die voor Kao (Lau Kong) de mooiste
dag van zijn leven had moeten worden eindigt in een nachtmerrie. Nog
niet zo lang geleden verloor hij zijn vader. Nu is hij in een klap de
verantwoordelijke voor de clan en al zijn rijkdommen. Omdat hij
eigenlijk nog veel te jong is voor deze verantwoordelijkheid maakt hij
verkeerde keuzes. Hij valt als een blok voor het mooiste meisje uit het
bordeel. Omdat hij toch geld zat heeft koopt hij haar uit om met haar te
trouwen. Maar Pai (Lee Hoi San), de grootste rivaal van zijn vader
besluit roet in het eten te gooien. Nog voor ze elkaar het jawoord
kunnen geven slaat hij meedogenloos toe. Kao weet ternauwernood te
ontsnappen. Hij vlucht naar de kung fu leraar van zijn vader. Hier
worden zijn wonden verzorgd en kan hij rustig op krachten komen. Het
enige waar Kao aan kan denken is wraak. Alleen zijn gastheer weigert hem
hierin te steunen. Dit om het simpele feit dat Kao gewoon niet vaardig
genoeg is. Alleen waar het Kao ontbreekt aan vaardigheid compenseert hij
in sluwheid. Want als hij zelf Pai niet kan verslaan zit er niets anders
op dan dat hij vechters rekruteert die de klus voor hem kunnen klaren.
Zijn interesse gaat meteen uit naar Chang (Wei Pai). Hij is een jonge
maar zeer verdienstelijke vechter. Door toedoen van zijn moeder heeft
hij zich echter moeten terugtrekken uit de wereld van geweld en
doodslag. Het is alleen wel zo dat hij een enorm groot gevoel voor
rechtvaardigheid heeft. Zodra hij ook maar iets van onrecht bespeurt
komt hij in actie. De sluwe Kao heeft dit natuurlijk al snel door. Hij
besluit de situatie enigszins te manipuleren zodat hij toch zijn zin
krijgt. Chang trapt hier met open ogen in en krijgt zelf zijn vriend
Green (Damian Lau) zo ver om hem te helpen. Kao is super content met het
feit dat hij deze twee super vechters voor zich gewonnen heeft. Hij
vergeet alleen dat de manier waarop misschien wel eens uit zou kunnen
komen.
Na het regisseren van iets meer dan
een handvol films in verschillende genres komt John Woo in 1979 met
'Last hurrah for chivalry'. Dit is echter niet zijn eerste kung fu film.
'The Young dragons', 'Dragon tammers' en 'Hand of death' gingen deze
film voor. Helaas is het wel zijn laatste in dit genre. Maar zoals
bekend is John Woo niet het type dat zich te lang in een soort film
vastbijt. Zijn stijl en thema's blijven altijd herkenbaar maar de
setting verandert steeds. Ondanks dat hij in deze periode nog niet
doorgebroken is, ligt het er overduidelijk bovenop dat we met een
bijzonder vaardige regisseur te maken hebben.
Als we sec naar het verhaal gaan
kijken brengt het niet echt wat nieuws. Het is het zoveelste wraak
verhaal. Het genre wordt al jaren beheerst door dit thema maar echt een
probleem hoeft dit niet te zijn. Helemaal als er rustig de tijd genomen
wordt om alles uit te leggen. De karakters worden goed uitgelicht en hun
onderlinge band goed gesmeed. Iedereen heeft dus ook een duidelijke
achtergrond en doel. Hierdoor zijn de personages erg levendig. Langzaam
maar zeker ontvouwt zich de relatie tussen iedereen. Hierdoor ontstaat
een boeiend en intrigerend geheel. Maar dit is niet het enige waarmee
John Woo alles aan elkaar spijkert. Het titel nummer komt in allerlei
vormen en variaties terug. Of het nu de ballade versie is of de
instrumentale, hij dikt hiermee de spanning of het drama flink aan.
Alles klopt dus bijna aan deze film.
Er is alleen een klein puntje wat niet geheel bevredigend is. De
veroorzaker van alle ellende kan aan het begin niet goed genoeg vechten.
Om deze reden zou hij zelf geen wraak kunnen nemen. Vreemd genoeg
ontpopt hij zich plots aan het einde van de film als de meest bizarre
vechter van allemaal. Dit zal wel te maken hebben met het feit dat hij
doorslaat. Maar een gek zonder vaardigheid moet door een echte meester
makkelijk te verslaan zijn. Dit is het enige wat er eigenlijk op alles
aan te merken is. De sfeer is heerlijk melodramatisch en werkt als een
warme deken van emotie op de kijker. Dit is precies waar John Woo altijd
voor geroemd wordt. Hij weet namelijk op heerlijke wijze een held en de
relatie die helden onderling hebben neer te zetten. Vanaf het begin voel
je de doemsfeer en weet je eigenlijk al hoe het af gaat lopen. Maar toch
ga je je tegen wil en dank hechten aan de personages.
De stijl doet erg aan als een Shaw
film. De manier waarop alles gefilmd wordt, de sets, de kleding en ga zo
maar door. Opvallend genoeg is dit een film uit de studio van Golden
harvest. Nu is het zo dat John Woo jaren bij de Shaw brothers gewerkt
heeft. Hij was regelmatig de assistent van Chang Cheh. Hierdoor is deze
stijl bekend terrein voor hem.
Qua stijl en sfeer zou de film dus zo
uit de Shaw studios gekomen kunnen zijn. Qua kung fu is het toch echt
een Golden harvest film. Fung Hak On was verantwoordelijk voor de
choreografie. Het mag duidelijk zijn dat ook John Woo zich hier flink
mee bemoeid heeft. De gevechten zijn namelijk meer dan alleen een
aaneenschakeling van technieken. Tijdens de gevechten gebeurt er telkens
weer wat anders. Steeds weer is er een ander doel wat bereikt moet
worden. Eigenlijk is het te vergelijken met een schaakspel. Je kan nooit
direct voor je koning gaan. Je moet eerst de andere stukken uitschakelen
of zo positioneren dat je vrij baan hebt voor de genadeslag. Hierbij
moet je ook nog eens rekening houden met je tegenstander en het feit dat
hij precies hetzelfde aan het doen is. Dit alles in combinatie met het
geweldige kunnen van de acteurs maken ze tot de betere van het genre.
Wat charisma betreft is Wei Pai een
prima acteur. Hij speelt zijn rol erg goed en maakt zijn personage
levendig. Qua kung fu schiet hij toch te kort. Gelukkig wordt hij
omringt door een aantal van de besten. Fong Hak On is namelijk erg op
dreef en Lee Hoi San overtreft zichzelf. Het moge ook duidelijk zijn dat
er veel tijd en aandacht in de gevechten is gaan zitten. Damian Lau is
eigenlijk van hetzelfde laken een pak als Wei Pai. Zijn uitstraling is
heerlijk. Hij weet humor met drama te mengen zonder dat een van beiden
zijn kracht verliest. Kung fu technische schiet hij net te kort maar dit
ben je al snel vergeten. Helemaal als je ziet hoe hij samen met Wei Pai
tegen Chin Yuet San vecht. De slapende tovenaar die hij neerzet is
werkelijk briljant en met z´n drieën maken ze deze scène tot een van de
beste uit het genre.
´Last hurrah for chivalry´ is
dus een absolute aanrader. Er zijn maar weinig mensen die kung fu en
drama op zo een geweldige wijze met elkaar kunnen mengen. Hier komt ook
nog eens bij dat de stijl verfrissend te noemen is. En dit is erg knap
want in 1979 liep het genre tegen zijn top aan en was bijna alles al
wel geprobeerd of gedaan. Voor mensen die John Woo zijn films kunnen
waarderen maar zich nog niet aan de kung fu film gewaagd hebben is dit
een prima manier om te wennen. Alle elementen van zijn latere films zijn
aanwezig. Alleen de pistolen zijn vervangen door zwaarden en de moderne
setting door een ouderwetse. Copyright
kungfufilms.nl (2007) |