Ergens in China wordt al jaren in een
tempel de drakenbal bewaard. De beveiliging is hoog en de abt (Robert
Tai) die verantwoordelijk is voor de bewaking hier van is een ware kung
fu meester. Als de tempel op een dag aangevallen wordt door Bruce (Sky
Dragon) delft de abt het onderspit en wordt de drakenbal gestolen. De
abt is ten einde raad, maar Bruce meldt zich niet veel later om de abt
zijn ware motief te vertellen. Bruce is de zoon van een goede vriend van
de abt en trainde vanaf zijn jeugd in kung fu. Bruce is dus bijna
onverslaanbaar en logischerwijs neemt hij de beveiliging van de
drakenbal over. Dit is alleen niet van lange duur, want al snel weet
Trinity (Steven Tartaglia) in het
holst van de nacht de waardevolle drakenbal te stelen. De volgende dag
als de politie het onderzoek start meldt zich ook een nogal vreemde
interpol agent. Inspecteur Bambino (Roberto Lopez) zit al jaren achter
Trinity aan en hoopt hem nu snel achter de tralies te zetten. Samen met
een jong varken die hij altijd op zijn arm mee draagt gaat hij verder
met zijn onderzoek en weigert iedere hulp van Bruce. Maar er blijkt meer
aan de hand te zijn dan er eerst verwacht werd. Trinity stal de
drakenbal in opdracht van Pachy (John Liu). Omdat Trinity een echte
kunstdief is hij toch wel erg nieuwsgierig naar wat er nog meer bij deze
drakenbal hoort en zegt tegen Pachy dat hij de bal alleen krijgt als hij
de rest ook mag zien. Pachy is woedend en stuurt een grote groep Ninja's
achter Trinity aan. Onhandig als deze is betrekt hij ook nog een Wen
Ling (Helena Lee Hung), een dame die hij probeerde te versieren in het
geheel. Maar inspecteur Bambino heeft en geheimwapen en Bruce zijn kung
fu vaardigheden worden ook niet onbenut gelaten.
Een ding is zeker 'Trinity
goes east' is een film die erg bijzonder in zijn soort is. Als je het
begin bekijkt lijkt het er op dat het een Shoalin tegen ninja film gaat
worden aangezien dit de eerste gevechten zijn die we zien. Maar al snel
veranderd het naar een komische achtervolgingsfilm met diverse gevechten
en kluchtachtige humor. Alles komt wat goedkoop over en dit wordt ook
nog eens vertrekt door de matige Engelse dubbing. De stemmen zijn het
zelfde als in 'Twinkel, twinkel my lucky stars' en ik denk dat de meeste
dan wel weten hoe laat het is. Een persoon verdraaid op de meest flauwe
manieren zijn stem zodat hij bij meerdere karakters past. Maar ondanks
dat de film slecht is maakt dit hem juist weer leuk. Er gebeuren
voldoende onverwachte dingen en de personages zijn super flauw. Steven
Tartaglia die eerder te zien was in 'Armour of god 2' en 'Once upon a
time in china' deelt de hoofdrol samen met Roberto Lopez. De laatste
komt er goed van af met zijn Bud Spencer imitatie en weet met zijn logge
lijf ook nog eens wat wushu bewegingen te laten zien. Verbazingwekkend
hoe deze man zijn eigen flips en vlindertrappen maakt. Natuurlijk komt
hij niet echt hoog van de grond, maar voor iemand zonder wu shu
achtergrond is het zeker bijzonder te noemen. Ook zijn gevechten zien er
wat ingestudeerd uit en ondanks dit zijn ze toch wel een compliment
waard. Steven Tartaglia daar in tegen komt over als een klein kind met
een vervelende en domme grijns die hij continue op zijn gezicht heeft.
Ook de scene's die hij heeft met het varken zijn erg flauw en overbodig.
De humor hierin komt niet echt over en is een beetje kinderlijk. Er
waren zelfs momenten dat ik even aan 'Bassie en Adriaan' moest denken.
Voor de helft van de tijd werd er een plastic varken gebruikt om dat het
diertje niet echt mee wilde werken. Zodra het opgetild werd schreeuwde
het werkelijk zijn longen uit het lijf en daar zaten ze niet echt op te
wachten. Dan maar een plastic varken gebruiken moet de gedachte geweest
zijn. Maar de Bruce Lee imitator Sky Dragon steelt werkelijk de show.
Vooral zijn gevecht aan het begin tegen Robert Tai is heerlijk om naar
te kijken, lekker old skool. En wat de film ook nog eens aantrekkelijk
maakt is de aanwezigheid van John Liu. Na jaren niets recents meer van
deze man gezien te hebben zal iedereen wel nieuwsgierig zijn of hij zijn
extreme flexibiliteit nog steeds heeft. Het antwoord ligt een beetje in
het midden. Nee zo flexibel als hij vroeger was is hij niet meer. Ja,
voor een man van achter in de vijftig is hij erg lenig en hij gebruikt
nog wel de zelfde technieken als vroeger. Het is alleen wel jammer dat
hij maar een gevecht heeft. Als eindconclusie wil ik zeggen dat
dit een absolute cult klassieker is waar de ervaren kung fu film kijker
zeker plezier aan zal beleven. Vooral de western soundtrack trekt het
alles flink omhoog en zorgt zeker voor een verassend geheel.
Copyright
kungfufilms.nl (2004) |