Het is 127 A.D. en het noorden van China
wordt geregeerd door een groep vreselijke generaals. Een zuidelijke
generaal genaamd Yao Fei nam het op zich om het volk te redden. Samen
met zijn leger begaf hij zich naar het gevaarlijke noorden. Ondanks dat
hij wist dat de generaals bijna niet te verslaan waren begon hij toch
aan zijn missie. Na een lange reis weet hij een goede positie te
vergaren om aan zijn strijd te beginnen. Zoals verwacht vecht zijn
tegenstander keihard terug en langzaam weten ze terrein te winnen.
Uiteindelijk weet Yao Fei zich bij zijn keizer te voegen maar ze standen
op Bullhead mountain. Onmiddellijk sluit het vijandige leger alle wegen
af zodat ze geen kant meer op kunnen. Moedig duurt de strijd voort maar
geen van de partijen komt een stap verder. Het plan wordt gevat om het
ouderlijk huis van Yao Fei een bezoek te brengen en zijn moeder en
kinderen te gijzelen. Op deze manier hopen ze hem onder druk te kunnen
zetten en zijn overgave af te dwingen. Onderweg stuit het leger op Niu
Tung de zoon van generaal Niu Kau. Deze is onderweg naar de villa van Yao Fei om daar
kung fu te leren. Per vergissing ziet hij het leger niet
aan als vijandig en hij sluit zich bij ze aan. Onderweg vangt hij echter
de ware plannen op en met moeite weet hij te ontsnappen. Ondertussen
proberen de kinderen van Yao Fei te ontsnappen om hun vader te helpen.
Het is alleen hun grootmoeder die hier een stokje voor steekt en ze
thuis houdt. Gelukkig weet Niu Tung zich eerder dat de troepen te melden bij
de familie Yao en ze te vertellen van het dreigende gevaar. Na overleg
stellen deze een leger samen uit de overgebleven mannen en kinderen uit
het nabij gelegen dorp. Op deze manier willen ze proberen hun
tegenstanders op afstand te houden. Dit lukt en na een eerste dag vol
strijd keren ze in de avond huiswaarts met een tevreden gevoel. Hun
tegenstander laat het hier echter niet bij zitten en in de nacht
berieden ze een nieuwe aanval voor. De strijd laait wederom in alle
hevigheid op en het zal moeilijk te zeggen zijn wie er als winnaar naar
buiten zal komen.
Kung fu films werden natuurlijk niet
alleen gemaakt in Hongkong en Taiwan. Ook de volksrepubliek van China
ging zich in het begin van de jaren tachtig bezig houden met het
produceren van kung fu films. Het verschil is duidelijk te zien. Er
wordt veel meer gebruik gemaakt van buiten locaties en de kung fu wordt
vervangen door het moderne Wu Shu. Het is dus ook niet vreemd dat de
hoofdrollen gespeeld worden door de grote namen op Wu Shu gebied. Stuk
voor stuk zijn het allemaal gerenommeerde kampioenen die in 'Yao's young
warriors' laten zien wat ze in huis hebben. Dit zorgt natuurlijk voor
een bijzonder spektakel. Want het is niet elke dag dat je gevechten ziet
tussen twee mensen te paard. Er komen veel wapens aanbod en het gebruik
van de speer staat centraal. Generaal Yao Fei stond namelijk bekend om
het gebruik van dit wapen. Maar ook het zwaard, knotsen, kettingzweep en
de eagles claw komt goed aan bod. De bewegingen zien er prachtig uit en
er is niemand die er niet getraind uit ziet. Het enige wat wel gezegd
moet worden is dat de gevechten toch die power missen wat je in Hongkong
films wel hebt. Het komt allemaal wat ingehouden over. Dit neemt alleen
niet weg dat de prestatie die geleverd wordt super is en dat het een lust
voor het oog blijft. Natuurlijk zijn er diverse
mensen die er absoluut uitspringen in stijl en charisma. Dit is vooral
goed terug te zien in de individuele introducties die ze door de gehele
film heen hebben. Hier wordt even rustig de tijd genomen om te laten zien
waar hun specialisme nu precies ligt. Helaas is het door gebrek aan
achtergrond informatie niet mogelijk om de acteurs persoonlijk toe te
lichten. De film zit bomvol met de meest geweldige gevechten en
acrobatiek. Helaas is dit zowel de sterke als de zwakke kant van de
film. Het verhaal klinkt heel groots en dat is het in wezen ook. Het
punt is alleen dat het heel mooi van start gaat en uiteindelijk een
beetje in herhaling valt. Er wordt alleen te veel gevochten om dezelfde
reden. En telkens weer door andere mensen. Dit zorgt ervoor dat de
aandacht van de kijk op een gegeven moment verslapt. Er zijn wel een
aantal personages die iets meer uitgelicht worden. Alleen dit is niet
voldoende om echt een band met ze te krijgen. Ze krijgen wel stuk voor
stuk een persoonlijkheid mee dus wat dat betreft is het goed uitgewerkt.
Het probleem zit hem alleen een beetje in het monotone van het verhaal. Ook is er iets niet helemaal goed gegaan in de montagekamer. De eerste
veldslag komt hierdoor een beetje rommelig over. Gelukkig is dit het
enige moment in de film dat dit zich voordoet. Maar toch is er genoeg te
zien wat de film aardig weet te redden. Veel groots opgezeten veldslagen
op prachtige locaties, mooie gebouwen en prachtige kleding. Een typische
Chinese productie dus. Wu Shu blijft natuurlijk prachtig om naar te
kijken en helemaal op dit niveau. Copyright
kungfufilms.nl (2005) |