Na de dood van haar ouders is Fei Fei
(Angela Mao) rond gaan zwerven. Zonder vrienden maakte zij van de wereld
haar huis en van de hemel haar dak. Haar tijd brengt ze door met het
trainen van kung fu en het uithalen van kwajongensstreken. Op een dag
ontmoet ze Ku Cheng-Yuan (Paul Chun Pui). Hij is de oudste leerling van
de vijfdieren school en net vreselijk in gevecht met zijn aardvijanden.
Het is goed dat Fei Fei hem te hulp komt. Ku Cheng-Yuan is namelijk
totaal niet opgewassen tegen de overmacht. Gelukkig weet Fei Fei het tij
te keren. Ze worden vrienden en Fei Fei wordt opgenomen in de school van
Ku Cheng-Yuan. Het geluk is alleen van korte duur. De school wordt
aangevallen door Mu Fa Shan (Chia Kai) en zijn mannen. Iedereen vindt de
dood en alleen Fei Fei weet te ontkomen. Voor haar is de grond compleet
onder haar voeten weggeslagen. Had ze eindelijk weer iets wat op familie
leek en dan gooit het lot roet in het eten. Haar enige gedachte is
wraak. Alleen haar vaardigheid op vechtgebied is gewoon niet goed
genoeg. Maar waar het lot haar eerst niets dan slechts bracht brengt het
nu de uitkomst. In een verlaten tempel stuit ze op twee vechtende oude
mannen. Deze zijn al jaren verwikkeld in een discussie over wie er nu de
beste is. Helaas is de uitkomst steeds hetzelfde. Telkens weer wordt het
gelijk spel. Fei Fei ziet hierin de uitkomst. Ze stelt voor dat de twee
heren hun kennis op haar overbrengen. Op deze manier kan ze in een
gevecht kijken welke technieken er beter werken. Dit lijkt een oplossing
voor hun probleem en dus stemmen ze hier mee in. Beiden weten echter
niet dat ze hierdoor ook meewerken aan het wraak plan van Fei Fei en de
woede van Mu Fa Shan op hun hals halen.
In een periode dat kung fu komedies
enorm populair waren konden Peking opera geschoolde acteurs makkelijk
werk vinden. Hun vaardigheden deden het goed op film en zorgden voor
veel spektakel. Ook Angela Mao heeft zo'n achtergrond. Alleen haar
talent werd niet benut. Het enige moment dat ze dit echt mocht laten
zien was in 'Dance of death'. In dit opzicht is dit dus een bijzonder
document te noemen.
Voor diegene die al meerdere kung fu
films gezien heeft zal het verhaal totaal niets nieuws te bieden hebben.
Helaas zullen die gene die onbekend zijn met het genre ook niet over
lopen van enthousiasme. Regisseur Chen Chi Hwa laat hier zien hoe je een
kung fu film saai kan maken. Vreemd want 'Shaolin wooden man' (met
Jackie Chan in de hoofdrol) was ook van zijn hand en daar leverde hij
beduidend beter werk af. Hier wordt het verhaal vergeten en ligt de
focus totaal op de actie en de komedie. Met tien minuten meer aandacht
aan karakter opbouw of drama had 'Dance of death' een stuk betere film
geweest. Dit had een stukje variatie kunnen brengen wat hoog nodig was.
Nu kabbelt het verhaal op één tempo door zonder enige piek of climax.
Natuurlijk is het probleem dat hier
optreedt niets nieuws voor het genre. Maar met de juiste timing op het
gebied van komedie en actie hoeft dit geen probleem te zijn. Dean Shek
is ingehuurd om de komedie te verzorgen. Hij draait zijn standaard
routine af en toont weinig inventiviteit. De grappen en situaties zijn
super flauw en cliché. Hiermee wordt ook duidelijk dat de film vrij snel
gemaakt is. Er is niet echt lang over nagedacht en waarschijnlijk is de
eerste opname meteen gebruikt. Hu Bat Liu en Wang Tai Liang mogen ook
nog een duit in het zakje doen. Hun personages getuigen ook niet echt
van creativiteit. Ze hebben soms hun momenten maar hoofdzakelijk zijn de
grappen te voor de handliggend.
Nu is er eigenlijk nog maar een ding
over wat de redding kan bieden en dat zijn de gevechten. Kung fu is toch
wel het belangrijkste voor een film als deze. Om dit in elkaar te
knutselen was niemand minder dan Jackie Chan ingehuurd. Zijn invloed is
duidelijk terug te zien. Het is precies zijn stijl en humor en
acrobatiek spelen een belangrijke rol. Het doet allemaal wel wat denken
aan de stijl van 'Drunken master' en 'Snake in the eagle's shadow'. De
belangrijkste stijl van de film 'The dance of death', is ook afgeleid
van Mis Ho, de stijl die Wong Fei Hung in 'Drunken master' weigert te
leren. Als troef wordt Angela Mao ingezet. Voor haar voor het eerst dat
ze echt mag laten zien wat ze in huis heeft. Ze komt hier absoluut
verrassend uit de hoek. Ze laat zien dat ze haar lichaam goed onder
controle heeft en erg stabiel in de benen is. Ze kan de stijl van Jackie
Chan prima aan. Toch komt er een klein probleempje om de hoek kijken.
Evenals met de komedie is er niet echt lang de tijd genomen voor de
opnamen. Hierdoor zijn de gevechten traag en niet echt meeslepend. Was
er wat meer geoefend dan had de actie een stuk beter geweest. Tevens is
het camera werk weinig creatief. Continue wordt er gefilmd vanuit
dezelfde posities. Dit maakt alles heel saai om naar te kijken. Toch is
dit jammer want de getoonde technieken zijn prima in orde.
Naast Angela Mao zijn het Chia Kai en
Suen Rong Jye die de show stelen. Beiden zijn erg krachtig en halen het
meeste uit Angela Mao. Tijdens de gevechten die zij samen hebben gaat
het tempo omhoog en lijken alle problemen te verdwijnen. De 'Horse'
stijl die ze beoefenen ziet er goed uit en vergt veel van benen en
armen. Aan het einde komt het dus toch nog goed maar dit redt de film
als geheel niet.
Voor Angela Mao fans is
'Dance of death' een absolute must see.
Ze toont zichzelf hier van een kant die
ze in geen andere film laat zien. Het is erg jammer dat niemand hier
verder wat mee gedaan heeft. Er had zeker meer in gezeten als ze zich
nog iets meer had kunnen ontwikkelen. Helaas komt de film verder niet
goed uit de verf. Het is een grote aan een schakeling van langdradige
clichés. Als kijker ga je dus ook regelmatig op zoek naar iets anders om
te doen en is het moeilijk om de aandacht er bij te houden.
Copyright kungfufilms.nl (2008) |