Tijdens een
wandeling door de bossen stuit Ying (Cheng Pei Pei) op een misdrijf.
Helaas voor het slachtoffer is de voorbijganger net te laat. De dader
heeft haar net verkracht en in koele bloede doodgestoken. Ying betrapt
hem net op het moment dat hij zijn messen opbergt. Zonder aarzelen
confronteert ze hem met zijn daden. Haar woorden laten hem koud en de
onvermijdelijke confrontatie volgt. Door een list weet Ying als winnaar
uit de bus te komen. Echt een hele handige actie blijkt het achter af
niet geweest te zijn. De man die ze vermoordde was namelijk de zoon van
de leider van de Green dragon clan. Deze is woedend en wil natuurlijk
niets liever dan wraak. Als hij hoort dat Ying tot een grote clan behoort
zoekt hij ze meteen op. Het komt tot een treffen tussen de twee clans en
de vader van Ying raakt vreselijk gewond. Gelukkig weten ze hem net in
veiligheid te brengen. De Green dragon clan geeft alleen niet op en
blijft hardnekkig volgen. Onderweg beroven ze de ene clan na de andere
en laten niemand meer in leven. De enige die ze succesvol weerstand weet
te bieden is Yang (Lo Lieh). Hij is zelfs opgewassen tegen de werpmessen
van de leider van de Green dragon clan. Het echte gevecht tussen de twee
blijft alleen uit. De wraakactie op de Green dragon clan heeft namelijk
voorrang. De hele regio wordt uitgekamd maar zonder succes. Ondertussen
weet Ying zich samen met haar vader en een aantal mannen te verschuilen
in een herberg. Hier moet haar vader een hele dag rust houden om het
genomen medicijn goed te laten werken. Langzaam maar zeker raken ze
steeds meer ingesloten door de Green dragon clan. Uiteindelijk komt het
zelfs tot een gevecht. Gelukkig biedt Yang de helpende hand. Ying is
alleen niet zo gecharmeerd van deze actie. Ze vind Yang maar een vreemde
en zelf ingenomen man. Bovendien had ze haar aanvallers zelf wel kunnen
verslaan. Even lijkt het gevaar geweken. De aanvallers die ze net
verslagen hadden waren verkenners. Niemand van hen had weten te ontkomen
om verslag te doen. Het duurt alleen niet lang voordat de Green dragon
clan hun schuilplaats ontdekt. Tegen deze overmacht kunnen ze maar
weinig doen. Het enige wat misschien nog een uitkomst zou kunnen bieden
is de hulp van Yang. Alleen dit is niet echt iets waar Ying mee kan
leven.
Na flink wat
bijrollen te hebben gespeelt diende met ‘Flying daggers’ de mogelijkheid
voor een hoofdrol zich aan bij Lo Lieh. Een kans die hij natuurlijk met
beide handen aangreep. Cheng Pei Pei zou de andere hoofdrol gaan spelen.
Al eerder lieten ze in ‘Golden swallow’ samen zien dat ze iets
bijzonders konden creëren op het scherm. Een wijze keuze dus van
regisseur Chang Cheh om het tweetal wederom naast elkaar te zetten. De
film begint in zwart/wit. Altijd handig om te weten dat dit niet aan je
apparatuur ligt. Als de intro en de titel muziek geweest is schakelen we
over naar kleur. Een vreemde en onverklaarbare actie van regisseur Chang
Cheh. Misschien was het om het duistere van de geschetste situatie weer
te geven. Of om te benadrukken dat hiermee alle ellende begon. Maar echt
duidelijk wordt dit niet. Typerend voor zijn films is dat het bloed
rijkelijk vloed en het aantal slachtoffers zich rap opstapelen. Maar
verder is het een Wu xia film die aardig afwijkt van de rest. Geen
ingewikkeld plot vol met bochten en zijsporen maar een duidelijk en
rechtlijnig verhaal. De kracht van de film wordt geput uit de personages
en hun onverklaarbare manieren. Vooral het personage van Lo Lieh blinkt
hierin uit. Hij zegt vrij weinig, kijkt bijna niemand aan en helpt beide
kanten als hij de kans krijgt. Niet echt het gedrag wat je van een held
zou verwachten. De twijfel die hierdoor ontstaat is dus ook de kracht
van de film. Natuurlijk is het ook de heldhaftige wilskracht van de
personages die de film typeren. Dit is iets wat in het standaard pakket
van een Chang Cheh film thuis hoort. Mannen die dodelijk gewond, op hun
laatste kracht toch nog hun doel bereiken ontbreken dus ook niet. Dit
wordt natuurlijk flink gedramatiseerd voor maximaal effect. Het mag
toegegeven worden dat dit natuurlijk werkt. Het verhaal heeft dus ook
een sterke aantrekkingskracht. Het weet de kijker goed te boeien en
nieuwsgierig te maken naar de afloop van het verhaal. Heel erg
voorspelbaar is het dus ook niet. Regelmatig wordt er dus ook net even
een ander pad bewandeld dan verwacht. Het enige jammere is dat er niet
een duidelijke held is om je mee te identificeren. Het personage van Lo
Lieh is hier gewoon te vreemd en te oppervlakkig voor. Zijn geschiedenis
wordt hiervoor net even te laat in de film bekend gemaakt. Maar het was
hierbij kiezen uit twee kwaden. Want was dit eerder gedaan was het
mysterie rond zijn personage ook minder waard geweest. Wat Cheng Pei Pei
betreft had haar rol best groter gemogen. Ook voor haar personage komt
de achtergrond te laat. Dit neemt niet weg dat het verhaal toch weet te
boeien. Yeung Chi Hing neemt de rol van de slechte clan leider op zich.
Natuurlijk ontbreekt hierbij het maniakale gelach niet. Zijn gedrag is
duivels en hij weet dit overtuigend neer te zetten. Een ander opvallend
iets is dat de film deels opgenomen is op locatie in Japan. Dit heeft
aardig wat mooie beelden tot gevolg. Alleen op de een of andere manier
is de Japanse sfeer er niet in terug te vinden. Er ligt niet echt de
nadruk op en in combinatie met de bekende binnensets doet het toch
allemaal erg Chinees aan. Aangezien het een jaren zestig film is zijn
deze minder protserig dan ze later werden. Het valt dus ook een stuk
minder op dat het binnen is. De kleding en wapens zijn goed verzorgd en
door de vele aanwezigheid van figuranten komt alles lekker compleet
over. Zoals te verwachten zijn de gevechten niet super interessant. Het
is het normale wapen gekletter zonder erg veel spannende bewegingen.
Maar in elke gevecht is een klein verhaaltje terug te vinden wat het
toch weer boeiend maakt. Ondanks het gebrek aan echte helden of
personage waar om je mee te identificeren is ‘Flying daggers’ een erg
boeiende film. Geen topper maar wel leuk genoeg om een keer gezien te
hebben.
Copyright
kungfufilms.nl (2005) |